Het transformatieplan is goedgekeurd, ben je trots?
“Zeker! Het heeft ons met het hele team veel inspanning, doorzettingsvermogen en veerkracht gekost en het was een race tegen de klok omdat landelijk de IZA-transformatiemiddelen inmiddels op zijn. Maar de aanhouder wint, want ons plan is goedgekeurd, mede dankzij de steun van onze coördinerende zorgverzekeraar DSW en de acht gemeenten. Dat was essentieel. Het is fijn nu het vertrouwen te hebben dat we op de juiste koers zitten en natuurlijk ook meer financiële zekerheid om de komende jaren op te kunnen bouwen. Dus ja, ik ben heel trots en blij dat wij hier, als een van de enige regio’s in Nederland met zo’n breed en integraal plan op gezondheid, doorheen zijn gekomen en nu echt kunnen doorpakken.”

Jouw hart ligt duidelijk bij zorg en welzijn, waar komt dat vandaan?
“Voor mij is gezondheid de belangrijkste voorwaarde om een goed leven te kunnen leiden en in mijn directe omgeving zie ik dat dat niet voor iedereen vanzelfsprekend is. Ook zie ik grote gezondheidsverschillen tussen hoogopgeleiden en laagopgeleiden. Ik besef me steeds meer dat de omgeving waarin ik nu zit en waarin ik zoveel kansen heb en krijg, verre van vanzelfsprekend is. De kans op een gezond leven voor iedereen ligt me dan ook na aan het hart.”

“Mijn twee oma’s waren hele krachtige vrouwen. Vanuit de drijfveer
‘voor elkaar en met elkaar zorgen’, stonden ze aan het roer van
vrijwilligersorganisatie de Zonnebloem. En dat terwijl ze het thuis
zeker niet breed hadden en een groot gezin vrijwel alleen moesten
grootbrengen. Die waarden draag ik met me mee.”

Hoe zie jij jouw rol als transformatiemanager?
“Ik zie mezelf als tolk: tussen welzijn en zorg, formele en informele ondersteuning, beleidsmakers en professionals, landelijke systeemexperts en lokale ervaringsdeskundigen. Ik wil ervoor zorgen dat ieders stem en expertise gehoord worden, zodat we samen leren en zo sterker, wijzer en beter worden. Waarbij ik steeds de balans zoek tussen korte- en langetermijnbelangen, lokaal en regionaal, financiële en maatschappelijke baten, denken en doen. Heel mooi, maar ook spannend, want we doen dit met maatschappelijk geld. Ik voel een grote verantwoordelijkheid om te laten zien dat we dit op een zorgvuldige manier inzetten voor een duurzaam resultaat. Ik heb afgelopen jaren veel regio’s zien bevriezen in de complexiteit. Dus bij mijn rol hoort ook het lef en de pragmatiek om steeds te zoeken naar de eerstvolgende stap die we met elkaar kunnen zetten. Maar dat kan ik niet alleen. De programmaleiders zijn heel specifiek mijn reisgenoten en ik ben dankbaar voor het enorme enthousiasme en de kracht van hele RIGA-team.”

“Op dit moment zijn structureel 580 mensen betrokken en dat blijft groeien.
Er is dus een beweging op gang gebracht richting de gezonde regio
en de transformatie van zorg naar gezondheid. Ik hoop dat die
sneeuwbal nog even doorrolt.”

Waar staat RIGA over drie jaar?
“Ik hoop dat succesvolle interventies over drie jaar duurzaam geborgd zijn en deze manier van samenwerken aan gezondheid regionaal is ingebed. Daarvoor moeten we wel een aantal systeembarrières doorbreken, iets waar we binnen RIGA gelukkig ook aandacht voor hebben. Zo zijn we bezig om het effect van wat we doen met data te onderbouwen en zo te leren wat wel en wat niet werkt. Dat opent de weg naar structurele en dus duurzame financiering. Ik zou enorm blij zijn als we daar iets in hebben kunnen bereiken en daarmee ook samen de stijgende zorgvraag een stukje hebben kunnen afbuigen.”

Wat is gezond leven voor jou?
“Dat is heel breed. Het gaat over zingeving, het hebben van een fijne plek om te wonen, een fijn netwerk om je heen, een goede werk-privébalans, maar ook voldoening halen uit de dingen die je doet en niet ziek zijn. Daar kun je deels zelf iets aan doen. Zelf probeer ik gezond te eten, te bewegen, mooie dingen niet voor lief te nemen en compassie te hebben voor mezelf en anderen. In het weekend ben ik zoveel mogelijk actief buiten met mijn zo dierbare gezin.”